Eén van de dingen die hardlopen leuk maakt, is het meten: hoe snel ga ik? Hoe hoog is m’n hartslag? Hoe ver heb ik gelopen? Het is allemaal bij te houden via sporthorloges, fitbits en apps zoals Strava en Runkeeper. Je kunt nog een stapje verder gaan door je conditie bij een sportarts te laten testen. Een aantal weken terug had ik het geluk een inspanningstest te mogen doen. Waar ik vooral benieuwd naar was, waren natuurlijk de resultaten! En kloppen die met wat mijn sporthorloge me vertelt?
Inspanningstest
Ik had er wel eens eerder aan gedacht om mijn fitheid te laten testen bij een sportarts. Dit is tenzij je een uitgebreide zorgverzekering hebt echter niet zonder kosten, dus toen was het al snel weer uit m’n hoofd verdwenen. Tot een paar maanden terug. Een turnmaatje van studententurnvereniging in Nijmegen vroeg of ik voor haar afstudeeronderzoek een inspanningsonderzoek wilde doen. Hiervoor zocht ze hardlopers met een minimaal redelijke conditie die vaak meer dan 10 kilometer lopen. Je raadt mijn antwoord al: JA, IK WIL! Een klein kanttekening is dat het om een fietstest ging en niet om een looptest en je dus niet helemaal de prestaties nabootst die je tijdens het hardlopen levert. Maar dan nog worden natuurlijk wel je lichamelijke prestaties gemeten, dus ik had er zin in!
Afgezien van het feit dat ik benieuwd was naar de resultaten, vond ik de test zelf ook mega-interessant: plakkers op je been, zuignappen op je buik en rug, een mondkapje om door te ademen en overal draadjes. Cool, toch? Ik voelde me een beetje als een klein kind dat werd meegenomen naar een speeltuin mét kabelbaan. (En ja dat is speciaal, want dat hadden we thuis niet.)
Fietsen, fietsen, fietsen
Na een warming-up van vier minuten werd het wattage (de weerstand op de fiets) steeds iets opgevoerd. Ik keek ondertussen een beetje naar een scherm waar m’n hartslag op te zien was en het ging eigenlijk best wel lekker. De opdracht was: fietsen totdat je onder de 60 omwentelingen per minuut komt. Niet heel spannend dus maar aan het einde wel heel zwaar. Na ongeveer 20 minuten fietste ik onder de 60 omwentelingen per minuut en zat ik ineens drijfnat op de fiets.
Spannend: de resultaten!
De resultaten kwamen binnen en ik wist niet hoe snel ik ze moest openen. Toch spannend om te weten ‘hoe je lichaam presteert’.
- VO2max = 52,23 (Dit zegt wat over hoeveel zuurstof je kunt opnemen)
- Maximale hartslag: 174 (met fietsen, met hardlopen is deze nog zo’n 6 slagen hoger)
- “U heeft een uitstekende belastbaarheid en inspanningstolerantie voor uw leeftijd”
Tikkeltje teleurgesteld
Dat ik voor mijn leeftijd een goede conditie heb, dat was natuurlijk niet echt verrassend, maar eerlijk gezegd viel de VO2max -waarde me nogal tegen. De laatste keer dat een van mijn sporthorloges dit aangaf, was ongeveer drie jaar geleden toen ik net een beetje met hardlopen begon. Autsch.
Waarom verschillen de metingen van een sporthorloge zo?
Sinds februari vorig jaar heb ik een Garmin Forerunner 645 Music. Omdat deze er mooi uitziet, draag ik hem eigenlijk altijd. Maar nu de grote vraag: hoe zit het met de metingen die dit sporthorloge doet? Op de dag van de sporttest (dit was trouwens ook één dag na de Acht van Apeldoorn, waar ik de dag erna nog best moe van was) zei m’n Garmin het volgende:
- VO2max = 57 = ‘voortreffelijk’ (stuk hoger dan 52 toch?)
- Raceprognose = 5km-18:04, 10km-37:29 21,1km-1:22:53, 42,2km-2:53:05 (of beter gezegd ‘droom-lekker-verder’ tijden’) Ik snap nooit hoe deze tijden tot stand komen. Want hoewel ik tijdens de Marathon in Málaga in december toch écht kapot was liep ik daar ‘maar’ 3:32:59.
Ook al zijn de tijden op basis van de bovenstaande VO2max bijzonder optimistisch, toch wilde ik graag weten hoe de waarde volgens de inspanningstest toch echt een stuk lager is. Dat kan te maken hebben met:
- De 8 kilometer in Apeldoorn van de dag ervoor. De kracht in m’n benen was waarschijnlijk wat minder, waardoor ik minder Watt kon fietsen. (Watt is simpel gezegd de eenheid voor de weerstand die de fiets bood tijdens de test).
- De VO2max-waarde werd onder andere bepaald aan de hand van dit aantal Watt, waardoor hij waarschijnlijk wat lager uitviel.
- Mijn bovenbenen zijn een relatief zwakke plek als het gaat om pijntjes. De test is afhankelijk van conditie, maar ook van kracht in de benen. Die laatste is in mijn geval een beperkende factor.
Oftewel: waarschijnlijk gaat het nooit zo zijn dat je sporthorloge hetzelfde aangeeft als een inspanningstest. Een inspanningstest heeft betere meetapparatuur, maar geeft wel een momentopname weer. Je horloge daarentegen meet (afhankelijk van hoe lang je hem al draagt natuurlijk) over een langere periode. De Garmin horloges zijn misschien wel erg optimistisch om je te blijven motiveren nieuwe doelen te behalen. Ach ja, bij mij werkt dat, dus ben ik er blij mee!
Verder trainen
Bij de test zat ook een trainingsadvies. Die kwam gelukkig goed overeen met waar ik mee bezig ben: twee intensieve trainingen per week, 2 tot 3 rustige trainingen en wat krachttraining. Ondanks de Carnaval die er net op zit en de wintersport die er aan zit te komen (zin in!) train ik lekker door. Tijdens de Kruikenloop in Tilburg (ge-wel-dig, je mag dan verkleed!) deed ik mijn eerste poging om die VO2max-waarde een poepie te laten ruiken! Daarover gauw meer 😉